Het rijke roomse leven in brabant 1900-1970

Sint-Jozefoord in Nuland

Kloosters

Rond 1945 ging het bestuur van de congregatie van de Zusters van de Choorstraat uitkijken naar betere huisvesting voor zieke en oudere zusters. Bijzonder welkom was het aanbod van de heer en mevrouw Ras om hun landgoed Duyn en Dael ‘over te nemen’.

Mgr. F.N.J. Hendrikx legt de eerste steen, 1951 (foto: Fotopersbureau Het Zuiden. Bron: collectie BHIC)Het huis van de familie Ras was in de oorlog gebombardeerd en het gezin had toen een tijdelijk onderkomen genoten bij de zusters van het Sint-Martinushuis in de Kerkstraat. Op 3 mei 1948 kwam de aankoop van de grond voor Sint-Jozefoord tot stand. Architect Jos Schijvens bouwde een huis voor oude en zieke zusters. Het werd 22 augustus 1952 in gebruik genomen, eerst door de zusters uit het kloostertje uit Hintham. Al gauw was er behoefte aan betere slaapgelegenheid, op de grote slaapzalen waren nog chambrettes. Architect J. de Reus uit Oss breidde het klooster in 1955 uit. Hij bouwde ook de kapel.

In 1959 werden boven de keuken twee etages gebouwd met kamertjes voor de zusters. Daarna volgden meer aanpassingen: een grote zaal voor conferenties en retraites met daarboven aanpassing van het rectoraat en een tweede entree.

Tussen 1964 en 1966 kwam het vormingscentrum tot stand. Architectenbureau C. de Bever uit Eindhoven verrichtte allerlei onderhoudswerken en uitbreidingen.

Ten tijde van de bouw van de uitbreiding die Boszicht werd gedoopt, tussen 1972 en 1975, nam het aantal oudere religieuzen zo sterk toe, dat de bouw van kloosterbejaardenoorden werd toegestaan. Kloosterbejaardenoorden moesten aan dezelfde eisen voldoen als de bejaardentehuizen. Om de volledige verzorging van de zusters te kunnen volhouden werd besloten Sint-Jozefoord aan te melden als kloosterbejaardenoord. De congregatie kreeg de erkenning op 24 maart 1975. Het gebouw werd tevens ingezet als vormingscentrum.

Foto: BHIC / Frans van de Pol, 2015Anno 2006 was de helft van de bewoners afkomstig van andere congregaties, waaronder die van de trappistinnen, de karmelietessen, de Witte Zusters en de Zusters Augustinessen van Windesheim.

Het kloosterbejaardenoord is een omvangrijk bakstenen complex, deels in Delftse School stijl. De oudste vleugels hebben een kruisvormige opzet, waarbij in een van de armen de kapel is gebouwd. De kapel wordt verlicht door betonnen ramen met glas-in-lood. Op de raamomlijsting is de zinspreuk van de congregatie In Omnibus Charitas te lezen. Een houten poort tussen bakstenen pijlers geeft toegang tot het complex.

Bronnen

Gegevens: J. Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant, Alphen aan de Maas, 2010

Foto's

  1. Mgr. Hendrikx legt de eerste steen, 1951 (foto: Fotopersbureau Het Zuiden. Bron: collectie BHIC, fotonummer 1657-000028)
  2. Kloostergebouw (BHIC / Frans van de Pol, 2015)
5

Reacties (5)

marina van dalen zei op 12 februari 2019 om 12:59 uur

St. Jozefoord is inmiddels overgedragen door de Zrs van de Choorstraat (DMJ) aan de stichting Jozefoord en zijn dus geen eigenaar meer. Wel is er nog het kloosterkerkhof gevestigd waar alle zrs DMJ begraven worden.
Sinds 2003 woont hier een communiteit van Witte Zusters (Missiezusters van OLV van AFrika), waarvan in 2019 nog drie hoogbejaarde zusters over zijn.

Marilou NillesenBHIC zei op 12 februari 2019 om 16:37 uur

Dank je wel, Marina, voor deze inhoudelijke aanvullingen. Heel fijn, dan zijn we weer op de hoogte.

Willem Huberts zei op 8 november 2021 om 10:03 uur

Bovenstaande tekst behoeft enige correctie. Niet het echtpaar Ras heeft Duyn en Dael overgedaan aan de Zusters van de Choorstraat, maar priester Wouter Lutkie. Hij was sinds 1919 eigenaar van Duyn en Dael en bij notariële akte van 3 mei 1948 heeft hij Duyn en Dael in eigendom afgestaan aan de Congregatie, in ruil voor een wekelijkse lijfrente. De 3 hoofdbewoners van Duyn en Dael, het echtpaar Ras en Wouter Lutkie hadden bedongen dat zij tot hun dood mochtern blijven wonen in De Toevlucht, hun woning op Duyn en Dael, en dat zij de rest van hun leven zouden worden verzorgd door de Congregatie. In mijn binnenkort te verschijnen biografie van Wouter Lutkie ga ik uitgebreid op deze zaak in.

Paul HuismansBHIC zei op 9 november 2021 om 08:57 uur

Bedankt voor uw correctie. De bewuste passage is afkomstig uit het 'Vademecum' van Jan Smits, dat onderaan het verhaal als bron wordt genoemd. '(...) over te nemen' staat tussen aanhalingstekens. Zou het kunnen zijn dat de familie Ras, als bewoners en belanghebbenden, deze 'deal' hebben voorgesteld? We zijn benieuwd naar de biografie en zullen de gegevens zeker gebruiken om het verhaal aan te passen. Dat lijkt efficiënter dan het nu aan te passen en later mogelijk nóg eens. Of is het voldoende om de bovenstaande gegevens te verwerken?

Willem Huberts zei op 9 november 2021 om 09:27 uur

Bij mijn weten is het niet de familie Ras die de deal heeft voorgesteld, maar is het idee van de overdracht door het drietal voorgesteld aan de Congregatie. Vervolgens hebben de Congregatie en Lutkie, als eigenaar, de overdracht juridisch beklonken. Als u er prijs op stelt kan ik u de notariële overdrachtsakte van mei 1948 sturen. Ik laat het aan u om te bepalen hoe en wanneer dit artikel zou kunnen worden aangepast. De biografie van Lutkie, met het hele verhaal van de overdracht, is gepland om in maart 2022 te verschijnen.

Reactie toevoegen

Je e-mailadres is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.