Broodjes aten we eigenlijk alleen bij zeer speciale gelegenheden. Zo’n gelegenheid deed zich voor op 3 november, de feestdag van Sint-Hubertus. Dan hoefden de broodjes niet thuis “bekruist” te worden. Ze waren in de kerk al speciaal voor dit doel gewijd. Vroeger namen kerkgangers ook wel zelf een broodje mee om het te laden wijden. Het eten van de Hubertusbroodjes, regionaal ook hubkes genoemd, zou bescherming bieden tegen hondsdolheid, maar ook tegen driften, razernij en waanzin. Dat is nogal wat. Het gebruik is al zeer oud.
Hubertus werd op 3 november 743 heilig verklaard en die dag is ook zijn naamdag geworden. De traditie van broodjes uitdelen ontstond rond het jaar 800 in de Ardennen. Daar gaf men gezegende broodjes aan de honden, om daarmee het gevaar van hondsdolheid af te zweren. Later werd het gebruikelijk om óók brood aan de armen uit te delen die eveneens risico liepen de gevreesde ziekte op te lopen. Vanuit de Ardennen en Limburg kwam de traditie uiteindelijk naar onze landstreken. En niet alleen naar West-Brabant zoals op internet te lezen valt, want wij in Midden-Brabant kennen het gebruik ook.
De - al dan niet gewijde - hubertusbroodjes die tegenwoordig in sommige bakkerijen en supermarkten te koop worden aangeboden, zijn een soort kadetje waarin anijs is verwerkt. Ofschoon er nog wel pastoors zijn die meewerken aan het opnieuw in leven roepen van de traditie, zie ik het toch een beetje als iets ludieks. Tegen hondsdolheid hebben we tegenwoordig andere middelen.
Hubertus was een edelman die zijn dagen sleet met jachtpartijen. Bij zo’n jachtpartij op Goede Vrijdag achtervolgde hij een edelhert. Net op het moment dat hij zijn pijl richtte om het genadeschot te geven, draaide het hert zich om naar Hubert en tussen zijn gewei verscheen een stralend kruis. De grote jager zag toen in dat hij zich alleen maar bezighield met futiliteiten en dat er belangrijker dingen waren in het leven.
Hij bekeerde zich en ging als kluizenaar leven. Hij werd tot priester gewijd en later tot bisschop. Hij trok zich terug in Luik, waar hij in 727 door een koortsaanval geveld werd. Zijn relikwieën werden 100 jaar later overgebracht naar een abdij in het huidige St.-Hubert. Sint-Hubertus geldt als beschermheilige van alle jagers.
Het logo van Jägermeister, de kop van een hert met een verlicht kruis tussen de takken van het gewei, is gebaseerd op de legende van Sint Hubertus. Jägermeister is een kruidenlikeur die je alleen drinkt ... als ie ijs- en ijskoud is.
Reactie toevoegen