Onder het uitspreken van deze woorden doopte de priester zijn duim in een schaaltje met as en tekende hij een askruisje op je voorhoofd. Zo ging het op de meeste plaatsen, maar het kwam ook voor dat de as bovenop je hoofd, in je haar werd gestrooid. Dat kriebelde nogal en gaf een ander, onprettiger gevoel. Bovendien was het minder zichtbaar.
Zo begon voor veel katholieken de dag na Vastenavond: Aswoensdag, het begin van de veertigdaagse vasten. Op school wisten we meteen wie ’s morgens naar de kerk was geweest en wie niet. Soms was er sprake van een kleine competitie: degene bij wie het askruisje aan het eind van de schooldag nog zichtbaar was, had gewonnen.
De as van Aswoensdag was afkomstig van palmtakken die op palmzondag van het vorige jaar waren gewijd. Deze werden dus na bijna een jaar verbrand.
Foto: collectie Katholiek Documentatie Centrum, nr. 3b1473
Reactie toevoegen