Egbert Arts (1759-1826) groeit op in Sint Anthonis gaat als vrijgezelle jongeman rond 1787 met een stel varkens naar de biggenmarkt in Uden. Hier was in die tijd een grote veemarkt die bezoekers van heinde en verre trok. Vaak werd hier dan ook overnacht. Egbert komt hier de Udense Aldegonda Verstraaten tegen. Ze trouwen en gaan wonen in het buurtschap Lankes bij Volkel.
Egbert en Aldegonda zorgen voor vele generaties Arts in de omgeving van Volkel. Niet alleen in Lankes maar ook in de buurtschappen Heikant, Maatsehei en Niemeskant. En ook in Vijfhuis, Hoeven en Rakt (bij Uden). Het zijn vaak grote gezinnen waarbij vrijwel iedereen landbouwer wordt. Daarnaast zijn er verschillende die zuster, broeder, priester of pater worden. Het was vroeger een goede katholieke gewoonte om in ieder geval één van je kinderen ‘in dienst van God’ te laten gaan. Maar een gezin waarin vijf kinderen dit deden was ook toen wel bijzonder.
Hannes Arts (1861-1941), achterkleinzoon van Egbert, trouwt in 1891 met Johanna Tonijs. Ze krijgen elf kinderen. Drie kinderen overlijden er jong en drie zonen trouwen, worden landbouwer en krijgen alle drie een groot gezin van tien of meer kinderen. De overige vijf kinderen worden zuster, broeder, pater en priester. Vader Hannes is zelf ook een zeer gelovig man. Hij is lid van allerlei kerkgemeenschappen. Volgens zijn bidprentje was hij 'godsdienstig, groot als christen' en wordt hij geprezen omdat ‘gij vijf van uwe kinderen door een innig godsdienstige opvoeding hebt gebracht tot het priester- en religieuze leven, en de anderen tot een godsdienstig huwelijksleven’. Het gezin van Hannes en Johanna stond in hun omgeving ook wel bekend als ‘De Heilige Familie’. Op de foto staan Hannes, zijn vader Toon, zijn vrouw Johanna en hun negen kinderen in 1908.
Bijzonder om te noemen is dat de meeste kinderen van Hannes en Johanna behoorlijk oud worden. Maar liefst vier van de vijf gelovigen worden ouder dan 90 jaar: Antoon (96), Annemieke (92), Andries (97) en Betje (99). Ook hun broer en landbouwer Egbert wordt 99 jaar oud.
Antoon Arts (1895-1991) wordt broeder bij de Congregatie van het H. Sacrament in 1933 (Societas Sanctissimi Sacramenti, ook wel Paters van Brakkenstein). Hij wordt geprofest (gewijd als kloosterling) in 1935 en woont in de kloosters in Baarlo en Stevensbeek. Hij is daar werkzaam als kaarsenmaker.
Peter Arts (1898-1978), ook wel de witte heeroom, treedt in bij de Witte Paters in Boxtel. Hij wordt geprofest in Carthago (Noord-Afrika) in 1927 en is werkzaam in de Missie in Rubya (Tanzania) van 1927 tot 1969.
Annemieke Arts (1901-1993), ook wel zuster Xaverio, wordt geprofest in 1932. Haar jongere zus Betje Arts (1904-2003), ook wel zuster Borromea, wordt geprofest in 1934. Beiden treden ze in bij de Zusters van Liefde in Tilburg.
Andries Arts (1902-2000), ook wel de zwarte heeroom, is als priester gewijd in 1940. Hij trad in in de congregatie Paters van de Heilige Geest (C.S.Sp.). Andries is kapelaan en pastoor in Ottersum, Grubbenvorst, Alphen en Milheeze, Zijtaart en Balgoij. In 1992 krijgt hij de titel Monseigneur; Andries was op 90-jarige leeftijd nog actief als pastoor.
Reactie toevoegen