Thomas van Raak werd op 26 mei 1826 in Mechelen tot priester gewijd, in 1828 werd hij benoemd tot kapelaan in Steenbergen en per 19 september 1847 volgde zijn benoeming tot pastoor in Terheijden van de parochie H. Antonius Abt met de gelijknamige kerk, als opvolger van pastoor Adrianus Mangelaars (overleden in 1847).
De pastorie was gevestigd in wijk A huisnummer 37, thans Hoofdstraat 2 in Terheijden waar ook drie dienstbodes woonden. In de periode van 1847 tot 1875 waren er achtereenvolgens vijf kapelaans werkzaam in de parochie met als laatste Johannes Baptist Lanen, (1869 - 1875) die na het overlijden van Van Raak de enige en algemene erfgenaam bleek.
Pastoor Thomas van Raak begon met het herstellen van het kerkgebouw naar katholieke overtuigingen. Dit nadat het na de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) lange tijd in bezit was geweest van de Protestantse Gemeente Terheijden die het had aangepast aan hun manier van vieringen.
Na de inval door de Franse troepen in 1795 werd het kerkgebouw weer teruggegeven aan de katholieke en grootste geloofsgemeenschap van Terheijden (1801).
De tand der tijds, oorlogsgeweld en het gebrek aan financiële middelen uit die voorliggende periode had het gebouw flink aangetast en als eerste werden de buitenmuren en de slechte dakgoten hersteld. Verder werd het Angelustorentje in oude glorie hersteld. In 1854 werd een nieuwe vloer aangelegd. De oude was op verschillende plaatsen verzakt waardoor banken, trappen en kleine altaren uit hun verband stonden. Twee grafzerken werden gespaard en de overige uit de kerk verwijderd. De kerk werd gewit, geschilderd, een nieuwe communiebank geplaatst bij het priesterkoor en er kwamen twee nieuwe biechtstoelen in ‘schoon hardhout’. De ramen boven de biechtstoelen, het hoge koor, het priesterdeel, die van het schip en de transepten werden hersteld of vernieuwd.
De in Terheijden geboren kunstschilder Petrus van Schendel (1806-1870) had beloofd een schilderij te maken voor de kerk van zijn geboortedorp. Een belofte die hij inloste in 1853 en hij schreef aan pastoor Van Raak over het onderwerp van dit schilderij: ‘Het was het jaar 342 als Antonius Abt een bezoek brengt aan Paulus van Thebe en de raaf die Paulus volgens de legende dagelijks een half brood brengt, komt nu met een heel brood aanvliegen. “De Heer heeft u gezien”, zegt Paulus tegen Antonius Abt over het hele brood’
In 1866 kwam er een nieuw orgel van Merklin-Schütze uit Brussel, het oude van Pethegem-orgel uit 1800 werd verkocht aan de H. Willibrorduskerk te Hooge Zwaluwe. Voor het nieuwe orgel was er in het gehele dorp huis aan huis geld opgehaald. De Bredasche Courant van 18 maart 1866 meldde zelfs: ‘De dag van gisteren was voor de Katholijke parochie alhier eene ware vreugdedag. Het reeds zoo lang met ongeduld te gemoet geziene tijdstip van de voltooijing van het nieuwe kerkorgel was eindelijk aangebroken en werd hetzelve door den alom beroemden heer van Paeschen, organist in de Sint Janskerk te 's Bosch, des namiddags ten drie ure beproefd’. De kerk kreeg verder in 1869 een nieuwe kruisweg, een geschenk van dokter Hermus uit Breda, een halfbroer van de pastoor .
In 1872 jubileerde pastoor Thomas van Raak en De Maasbode berichtte onder andere daarover: ‘Het feest, waarop onze gemeente zich zoolang en met zooveel geestdrift en eensgezindheid had voorbereid, brak dan gisteren aan. Onze beminde herder, de weleerw. heer F. A. van Raak, herdacht toen de dag waarop hij vijf en twintig jaren geleden als pastoor dezer parochie werd benoemd’.
Op 31 maart 1875, om 23.30 uur overleed pastoor Thomas van Raak. De Maasbode daarover: ‘Heden overleed alhier plotseling, doch gesterkt door de HH. Sacramenten, de ZeerEerw. Heer THOMAS ANTONIUS VAN RAAK, in den ouderdom van 72 jaren en 4 maanden, bijna 28 jaar Pastoor dezer gemeente’.
Op verzoek van pastoor Thomas van Raak was al in 1849 een familiegrafkelder gemetseld, bestemd als laatste rustplaats voor zijn moeder geboren Bogaerts, zijn oom Bogaerts en voor hem zelf. Boven op de grafkelder buiten de kerk werd op kosten van Van Raak een hardstenen kruis voor 160,-- gulden gemaakt door de Bredase steenhouwer Petit.
Het testament van de pastoor, opgemaakt op 2 maart 1875 door notaris Van Goor, werd geopend op 1 april 1875. Kapelaan Johannes Baptist Lanen (1869-1875) was de enige en algemene erfgenaam. Het testament meldde strikte omschrijvingen, voorwaarden en bepalingen waaronder:
‘Een weiland van 4 hectaren en 30 aren in de polder van Zwartenberg en een weiland van 2 hectaren in de Ketelpolder bij Moerdijk plus een bedrag 6000,- guldens gaan naar het kerkbestuur om daar mee te komen tot de oprichting van een onderwijsgesticht, met de vermelding dat dit dan wel moet gebeuren binnen de richtlijnen die de bisschop daarvoor heeft uitgezet’.
De bouw en oprichting van het onderwijsgesticht werd in 1884 voltooid en vernoemd naar de overleden pastoor als het Thomasgesticht.
Bron: Archief parochie H. Antonius Abt: Het onderzoek door Pierre Cruca naar het leven en werken van pastoor Thomas van Raak.
Reactie toevoegen