De Dominicanessen van Voorschoten kochten in 1887 een huis op het Vrijthof, dat na het vertrek van de bewoners in 1892 werd verbouwd tot het Ludovicusklooster. Op 20 december 1893 betrokken zes zusters het nieuwe huis.
De zusters verpleegden bejaarden in het Antoniusgesticht. Op 10 september 1924 werd het Ludovicusklooster opgeheven en verhuisden de zusters naar het Catharinaklooster in de Torenstraat.
Vanaf 24 oktober 1943 was er weer sprake van een zelfstandig Antoniusgesticht voor arme bejaarden. Een inwendige verbouwing naar plannen van architect G. Rasher uit Boxmeer, gaf de zusters de nodige vertrekken voor de bejaarden. De behuizing bleef primitief en vanwege de schaarse roepingen moest het klooster in 1958 worden opgeheven. De bejaarden werden elders ondergebracht en de zusters vertrokken op 5 augustus 1958. Het oude huis was in zeer slechte staat en werd afgebroken.
Er kwam een nieuw klooster naar tekeningen van architect J. Arts uit Boxmeer. Ook dit huis is gesloopt en in 1960 door een nieuw klooster met bejaardenhuis vervangen. De Zusters van Julie Postel zorgden voor de bejaarden en vestigden in 1960 in het voormalige klooster een succursaalhuis. Ze sloten het te kleine bejaardenhuis in 1975 en verlieten Sambeek.
Vervolgens huurde de congregatie van de Dominicanessen van Voorschoten het Antoniusklooster weer, zodat enkele jonge zusters uit het Catharinaklooster werk en leefgemeenschap konden scheiden. In januari 1976 trokken de zusters in het Antoniusgebouw. Ze noemden hun communiteit Vrijthof, naar een oude dorpswijk. Na renovatie van het klooster konden in er april 1976 elf bejaarde zusters wonen. Op 1 januari 1977 kocht de congregatie het complex en werd het een kloosterbejaardenoord. In september 1995 zijn de communiteiten Sint Antonius en Vrijthof opgeheven.
Bron: J. Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant, Alphen aan de Maas, 2010
Reactie toevoegen