Ik was me ook lang niet altijd bewust van mijn overtredingen, als ik die al gemaakt had. Ik werd een keer op de kamer van de rector geroepen, omdat hij van mij wilde horen wat voor schunnige moppen wij elkaar vertelden. Ik was met stomheid geslagen, want ik wist echt van niks. Toch was ik blijkbaar verdacht.
Er heerste in die tijd een repressief klimaat. Er werden regelmatig leerlingen van school gestuurd. Een mooi voorbeeld van onverdraagzaamheid en een totaal gebrek aan inlevingsvermogen deed zich voor, toen een leerling uit de vijfde klas de grote bel bij de achteringang van de school een witte sportbroek had aangetrokken. Daarbij bungelde de klepel nog een stuk onder een broekspijp uit. Een koddig gezicht, maar de leiding heeft alles in het werk gesteld om de dader op te sporen van deze obsceniteit. Het was wel 1963: provocaties en uitdagen van het gezag was al begonnen in de late jaren vijftig.
Op een zaterdagmiddagwandeling had ik voor een dubbeltje een rolletje dubbelzoute drop gekocht uit de automaat in de Marktstraat. Ik had echt wel opgelet dat ik ongezien bleef voor de begeleidende kruisheer, omdat ik me realiseerde dat dat ten strengste verboden was. Toch moest ik weer op het matje komen bij de Rector: een neefje van de surveillant had mij aangegeven. Betrapt! En weer een 2 voor gedrag. Logisch toch, want als je het kopen van rolletjes dubbelzoute drop gaat toestaan, is het hek van de dam. En een schurftig schaap steekt de hele kudde aan. En dan heb je de schapen aan het schijten. Deze spreekwoorden moest ik even kwijt.
Nog een incident? Woensdag- en zaterdagmiddag ging ik vaak sporten. Het was deze middag stervenskoud, dus had ik – tegen elke hygiëneregel in – besloten een hemd onder mijn sportshirt aan te houden. Shit, controle! Toen ik aan de beurt was, tilde ik shirt en hemd tegelijk op, maar dat kleine opdondertje van een kruisheer (kenners weten wie ik bedoel, maar om privacyredenen zeg ik alleen dat 'ie heel klein was, bruine tanden had van het sigarenroken en dat 'ie allang dood is) was ook niet achterlijk en zag meteen wat ik deed. Ik kon niet bevroeden hoeveel agressie in dat mannetje school. Hij gaf me een flinke mep tegen mijn kop met zijn missaal, dat daarna door de lucht vloog, terwijl alle bidprentjes als grote sneeuwvlokken naar beneden dwarrelden. “Oprapen!”, bulderde het kleine kruisheertje. Ik overhandigde hem zijn ietwat verfomfaaide boek en alle prentjes. Kreeg ik ook nog een schop onder mijn kont. Alsof Koeman een penalty nam, zo hard. Dit kon natuurlijk ook nooit goed aflopen.
Mijn allergrootste fout heb ik gemaakt tegenover een surveillant. Onze docent was bij het begin van de les niet aanwezig en dus nam een surveillant waar, toevallig de grootste kruisheer die ik ooit gezien heb. Dat was dus de oom van het ventje dat mij verlinkt had met mijn rolletje drop. Die grote man eiste absolute stilte. Blijkbaar ben ik iets te laat opgehouden met kletsen, want hij kwam als een dolle stier op me af en sloeg me kei- en keihard recht in mijn gezicht. Mijn boerenkomaf vertaalde zich in de niet zo parlementaire verwensing: “Verrekte lompe koei!”
Reactie toevoegen