De Oudhof was in 1828 gebouwd door de Utrechts apotheker J.H. Boeracker, die er vanaf dat jaar tot aan zijn door in 1856 woonde. Twee jaar later viel het oog van de Harense pastoor Verkuijlen, “regeerder” van het klooster Betlehem in Haren, op het leegstaande landhuis. In augustus 1858 stuurde hij vijf zusters van Betlehem naar Reek om in de Oudhof een nieuwe fundatie op te gaan zetten. Het Reekse klooster kreeg de naam St. Elisabeth.
In het jaar na hun aankomst beginnen de nodige verbouwingen en uitbreidingen. Er komt onder meer een klokkentorentje op het klooster en er wordt een schooltje gebouwd voor de opvang van kleuters (bewaarschool). Verder doen de zusters ook aan “voorschoolse opvang” van de meisjes van de lagere school, zodat die zich niet met de jongens op het schoolplein hoeven te mengen. Dit soort activiteiten en wat handwerk zorgen voor de (betrekkelijk schamele) inkomsten van het klooster.
De eerste decennia is het dan ook sappelen. Maar gaandeweg helpen schenkingen en erfenissen de zusters het hoofd boven water te houden. In 1900 stelt een fors legaat de zusters zelfs in staat een nieuwe kapel te bouwen, die in 1901 in gebruik wordt genomen. In datzelfde jaar beginnen de zusters een nieuwe school, namelijk een modevakschool (die toen nog naaischool heette).
Maar aan dat actieve deel van het kloosterleven komt in 1948 een einde. Op eigen verzoek worden de scholen opgeheven en geeft de bisschop toestemming aan de congregatie om een meer contemplatieve levenswijze te gaan volgen. De Reekse zusters krijgen een zogenaamde “hoofdintentie”. Hun opdracht is voortaan te bidden en offeren voor de “hereniging der kerken” “en wel in het bijzonder voor de bekering van Rusland”. Dat is anders dan het moederhuis in Haren en de Reekse congregatie krijgt dan ook een eigen naam: Zusters Penitenten van de Eenheid. In 1949 verandert ook de naam van het klooster in “Nazareth”. Een jaar later besluiten de zusters tot verandering in het dragen van koord en kap.
In 1961 wordt de Reekse congregatie autonoom en komt dus los te staan van het moederhuis in Haren. De zusters maken in deze jaren plannen voor nieuwbouw, maar dat gaat uiteindelijk om financiële redenen niet door. Bovendien komen er op allerlei plaatsen kloosters leeg te staan. In 1965 verhuist de congregatie naar zo'n leeggekomen klooster in Huissen (Gld). Kunstschilder Jan Koning koopt Nazareth en verbouwt het tot woning en atelier. Ook het oude schoolgebouw is in de jaren ’80 tot woning verbouwd.
Reactie toevoegen