Het huis was in 1870 gebouwd voor de familie De Roy van Zuidewijn. Pastoor Hoefnagels deed op 5 november 1916 de eerste mis in de kapel, waartoe een van de kamers was ingericht. De zusters bleven tot 1919, de kinderen konden na de oorlog weer naar België terug.
Omdat dit huis onder de naam Villa Louisa nergens bekend staat en omdat de naam in de kronieken tussen aanhalingstekens wordt geschreven, lijkt het erop dat de zusters het klooster genoemd hebben naar mère Marie-Louise, de eerste algemene overste van de congregatie.
In de archieven van de zusters ontbreken nadere gegevens over het huis, dat wellicht om de erbarmelijke omstandigheden waaronder de zusters aanvankelijk moesten werken, spottend ‘villa’ werd genoemd.
Rond 1920 kwam het in handen van de Italiaan C.A.M. Ciolina, het heette toen Casa Toganessa. In de jaren dertig bewoonde de familie Verbeek het huis. In 1942 verkocht mevrouw Verbeek het aan de Tilburgse leerfabrikant P. Rompa, die het verbouwde. Tijdens de oorlog vestigden de Duitsers er een hoofdkwartier, na de oorlog bood de heer Rompa onderdak aan Poolse soldaten. Nadat hij in 1975 vertrokken was is het huis verkocht en verbouwd voor studentenhuisvesting.
Bron: Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant, Alpen aan de Maas, 2010
Reactie toevoegen