Nazareth
De Zusters Penitenten van de Eenheid vestigden zich in 1857 in Reek. Tussen 1880 en 1915 werden er grote verbouwingen uitgevoerd aan hun klooster Nazareth. Het zou goed kunnen dat de zusters tijdens die verbouwingen rond 1900 in de tuin ook deze Lourdesgrot hebben laten bouwen.
De congegratie verliet het klooster in 1965 en verhuisde naar Huissen (Gld). Het klooster werd een particuliere woning, maar de grot in de tuin bleef bestaan, getuige deze foto uit 2016 van Ton Cruijsen.
Als je deze foto vergelijkt met een soortgelijke uit 1988, zie je dat de glorietijd van de grot weliswaar echt voorbij is, maar dat het verval dankzij de huidige bewoners, Marian Koning en Jacob van Eijden, in ieder geval tot staan is gebracht. Het Mariabeeld staat weer in zijn nis en het model van de basiliek bovenop de grot is weer zichtbaar. Alleen het altaar in de grot is definitief weg.
Hoe anders was dat nog rond 1940! Op de eerste van onderstaande foto's is te zien hoe rector Servatius Coppens water uit een put (hierboven overwoekerd door klimop) in een kruik schenkt.
De zusters noemen Coppens, een Norbertijn, “het pauske”. Aan het klooster was een naaischool verbonden, waar meisjes leerden naaien, knippen en verstellen. Coppens hield hen voor dat het water uit de put bij de Lourdesgrot bijzondere eigenschappen bezat en hun een goeie vrijer beloofde.
Foto's: BHIC, nr. PNB001056974 en nr. 1903-000265 en Ton Cruijsen.
Sint Jozef
Pal naast de Zusters Penitenten vestigden zich in september 1919 de Franciscanessen van Veghel in Reek om de zieken- en bejaardenzorg op zich te nemen. Hun klooster werd nieuw gebouwd, naar ontwerp van J. Margry. In de jaren 1925 tot 1928 gaven de franciscanessen ook nog even onderwijs.
De bejaardenzorg kwam in 1970 onder verantwoordelijkheid van het stichtingsbestuur van De Nieuwe Heytmorgen en het huis van de H. Jozef werd in 1972 heropend als bejaardenhuis voor de zusters. Het klooster is in 2000 opgeheven. Vermoedelijk is al bij de nieuwbouw in 1919 in de tuin een Lourdesgrot neergezet, waarvan we helaas geen afbeelding hebben.
Daar hield het verhaal op, totdat Ton Cruijsen dit verhaal onder ogen kreeg en zijn herinneringen aan het grotje bij het Sint Jozefhuis weer bovenkwamen. “Ik heb er vaak ingezeten”, schreef hij. “Toen ik op de middelbare school zat, ging ik regelmatig naar het grotje om hier huiswerk te leren. Ik mocht dat van de zusters en de bewoners vonden het ook meer dan prima, want ze kwamen zo nu en dan langs om even te buurten.”
En hij stuurde ook nog deze mooie foto van zijn zus Dinie Cruijsen, gemaakt bij haar Eerste H. Communie in 1961. De foto is gemaakt door Jan Bonnet uit Nederasselt.
Kerkhof
Pastoor Xavier Smits was al snel na zijn benoeming in Reek in 1923 tot de conclusie gekomen dat de bestaande parochiekerk aan vervanging toe was. In 1925 stond er inderdaad een nieuwe kerk en weer twee jaar later was ook de oude gesloopt.
Die stond midden op het kerkhof aan de Heytmorgen en precies op die plaats verrees in 1928 een Lourdesgrot.
Van de bouw maakt Smits een heel project: de kinderen van de lagere school moesten meehelpen: elke dag rond vier uur wachtte de pastoor hen op bij het schoolgebouw en dirigeerde hen met vriendelijke hand naar de grot om daar stenen te gaan sjouwen. Maar ook de volwassenen kregen een rol: eenieder die meehielp kon zeven jaar lang een aflaat verdienen.
De grot was overigens geen lang leven beschoren: in 1937 volgde pastoor Van Kemenade Smits op. Tijdens zijn pastoraat meenden twee oude vrouwtjes bij de grot verschijningen te zien en deden daar na elke gebeurtenis uitgebreid verslag van. In overleg met het bisdom heeft Van Kemenade de grot toen maar laten afbreken, om de situatie niet uit de hand te laten lopen. Aan eigen succes ten onder gegaan, als het ware. Foto: BHIC, nr. 1903-000233. Geluukig kon men nog altijd op bedevaart naar Katwijk.
Marie Kemkes (1901-1993)
Over Marie vertelde buurvrouw Kea van Dijk: “Marie stond nooit laat op ’s morgens en het eerste wat ze deed, was de voordeur open maken om haar hondje uit te laten. ‘Maak de buren maar wakker, want die liggen nog op bed’, zei ze dan tegen het beestje. Die buren, dat waren wij dan. Vervolgens ging ze met een Mariabeeldje onder de arm via de achterdeur naar buiten om het in een grotje te zetten. Aan dat beeld konden wij altijd zien dat Marie op was.
Bidden deed Marie veel. Ze had altijd een klein kruisbeeldje bij zich en er hing altijd een rozenkrans aan haar bed of aan een stoel. De kamer was haar hemel. Er stonden allerlei beelden. Diverse Lieve Vrouwkes, een heilige Rita, een Theodorus, een houten Anthoniusbeeld en een Sint Jozef die achteraf Christoffel bleek te zijn.”
En dan had ze dus ook nog haar eigen Lourdesgrotje: iedere werkdag plaatste Marie het Mariabeeld, zoals Kea van Dijk al vertelde, in het grotje. Op zondagen kreeg Maria dan gezelschap van Bernadette. Foto’s (uit 1987) en tekst: Ton Cruijsen.
Reactie toevoegen