Het rijke roomse leven in brabant 1900-1970

Op kostschool bij de zusters in Zundert

Adrie Coppens arriveerde in 1958 op het internaat Sint Anna in Zundert, om de laatste twee klassen van de lagere school te doorlopen. Marjolein Weber-van Hees klopte er negen jaar later aan, in 1967 en op zesjarige leeftijd. Samen vertellen zij over hun verblijf.


Adrie in haar communiekleding 

Algemene indruk

"Ik vond het verschrikkelijk", zegt Adrie over haar tijd op Sint Anna. “Nu was ik iemand die nogal eens een geintje uit wilde halen en dat werd ook niet in dank afgenomen. Je mocht echt helemaal niks. Alleen precies in het gareel lopen en verder mocht er echt helemaal niks." Ze ziet haar tijd daar als een Spartaanse opvoeding.

Marjolein kijkt met gemengde gevoelens terug op haar tijd op het pensionaat. “Het is niet altijd even leuk geweest, maar we hadden het thuis heel slecht", vertelt ze. Haar moeder had een drankprobleem en was soms wekenlang zoek. Ze stond als klein meisje bekend als onhandelbaar, maar dit bleek eenmaal op het internaat toch wel mee te vallen. “Ik was onder de spanning thuis weg en dan ga je als kind toch anders reageren”, laat ze weten.


Marjolein in haar communiekleding

De zusters

Beide oud-kostschoolleerlingen hadden vrees voor de hoofdzuster, Lambertine. “Dat was ook echt een kreng”, zegt Adrie. “Dat was geen lekkertje om het maar even zo te zeggen”, vertelt Marjolein. Tijdens een reünie kwam er een foto voorbij van Lambertine. Iedereen hield even de adem in bij het weerzien van deze strenge non. Later liepen ze langs haar graf. “Toen hadden we echt allemaal zoiets van: 'Nee, ze is echt dood'. Zo’n vrees hadden wij voor Zuster Lambertine”, zegt Marjolein.

Toch waren er ook wel aardige nonnen zo vertelt Adrie: “Ik weet een non, Soeur Waltruda heette ze, dat vond ik best wel een aardige non, maar de rest kan ik me niet herinneren”. Ook Marjolein heeft goede herinneringen aan een specifieke zuster. Voor haar was dat Colleta. “Die zorgde met name voor mijn zusje Sigrid, omdat die zo jong was (vier). Colleta nam Sigrid een beetje onder haar hoede. Dat was echt zo’n moederke. Vandaar ook dat wij naderhand contact zijn blijven houden. Zij is ook nog op mijn bruiloft geweest”, vertelt ze.


Sint Anna in Zundert (collectie BHIC)

De kapel

Net als op de meeste internaten werden de dagen volgepland met studeren, kerk en een beetje recreatie. “De hele dag werd ingevuld”, zegt Adrie. Elke ochtend werd bijvoorbeeld een bezoek gebracht aan de kapel. “Wat ik me van de kapel herinner is dat als je achteruit keek - dat deed je bijna niet want dat mocht niet - dan hing daar een oog. Daar was iedereen als de dood voor. Het alziende oog van God”, vertelt Marjolein.

Niet iedereen was hier even bang voor. Dick Melker was eind jaren vijftig samen met zijn broertje misdienaar in deze kapel. Zij droegen lange zwarte toga’s met drukkers in plaats van knopen. “Als je naar het midden gaat, elkaar van twee kanten ontmoet en je knielt dan, dan trokken we de drukkers wel eens een stukje los”, vertelt hij. Natuurlijk mocht de priester dit niet zien. “Vroeger stond de priester hoofdzakelijk met zijn rug naar het volk, daarom zag hij dat allemaal niet."


Raport van Marjolein uit 1968

Straffen

Als je een regel overtrad, of je deed iets wat de zusters niet aanstond, dan werden er flinke straffen gegeven. Zo heeft Adrie ooit twee nachten op een zolderkamer moeten slapen zonder dekens, omdat ze uit haar raam naar een stel zusters in de tuin aan het kijken was. “Ik werd verder overal buitengesloten”, vertelt ze. “Na twee dagen moest ik op mijn knieën vergiffenis vragen van moederoverste en mocht ik weer op mijn eigen chambrette slapen."

Aangezien Marjolein nog op een jonge leeftijd naar het internaat ging, plaste ze af en toe in bed. Dat werd hard aangepakt door de zusters. “Dan werd mijn laken de ochtend erop over de chambrette heen gehangen en moest ik er in mijn natte goed voor gaan staan. Daar moest ik een half uur blijven staan”, vertelt ze. Kinderen mochten ook niet verdrietig zijn van de zusters. “Er waren ook kinderen bij die hun ouders verloren hadden, of een moeder of een vader. Dat verdriet voelde je, maar daar werd hard tegen opgetreden”.

Beide vrouwen hadden het niet altijd makkelijk op Sint Anna. Er waren veel strenge zusters waarbij je altijd op moest passen, je mocht niet verdrietig zijn en je werd vernederd als je in je bed had geplast. Toch was niet alles negatief. Er waren ook erg lieve zusters die het beste met de meiden voor hadden. Bovendien kon het pensionaat, zeker voor meiden die het thuis minder hadden, zorgen voor een stabiele leefomgeving.  


In uniform op de wip (Adrie en kostschoolgenoten)

Foto's met dank aan Adrie Coppens en Marjolein Weber-van Hees.

Reactie toevoegen

Je e-mailadres is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.