In 1801 opende een groep vrouwen onder leiding van Marie Thérèse de Lamourous in Bordeaux een opvanghuis voor prostituees. De antigodsdienstige sfeer na de Franse Revolutie was aanleiding om ook de zorg voor de godsdienstige opvoeding van kinderen op zich te nemen. Zo vormde zich de congregatie van de Miséricordes de Bordeaux.
Rond diezelfde tijd verzamelde Charlotte Dupin in Lyon in 1805 een aantal vrouwen om zich heen, die de gevangenissen in de stad bezochten. In 1835 werd Anne Quinon (mère Saint-Augustin) provinciaal van deze religieuzen van de Section Prison des Soeurs de Saint Joseph. Om tegemoet te komen aan gevangenishervormingen in Frankrijk, stichtte zij in 1841 een nieuwe congregatie, de Soeurs de Marie-Joseph in Le Dorat, in het bisdom Limoges.
Tien jaar later voegde zij de Miséricordes en de Soeurs de Marie-Joseph samen in de congregatie Soeurs de Marie-Joseph et de la Miséricorde, die in Le Dorat gevestigd bleef. Het doel van de congregatie bleef onderwijs aan en opvoeding van kinderen die dat thuis niet konden krijgen, alsmede de zorg voor vrouwelijke gevangenen.
Foto’s
Marie Thérèse de Lamourous (1754-1836), schilderij van 1816. Bron: Weblog Marianisten novices.
Zusters van Maria-Jozef in Eindhoven, 1967. Fotograaf: A. Jorrot. Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven, fotonr. 255909.
Bronnen
Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant. Alphen a/d Maas, 2010.
Website Zusters van Maria-Jozef. http://www.soeursmariejosephetmisericorde.org/
Reactie toevoegen