
Tijd voor het internaat
Hoewel ik in Goirle ben geboren, woonden mijn ouders in Tilburg. In 1954 zijn we van daaruit naar Breda verhuisd. We woonden niet ver van het NS-station in Breda. Vanaf de derde klas was ik al misdienaar in de Theresiakerk aan de Tramsingel.
De oudste broer van mijn moeder was priester en Salvatoriaan. Wij noemden hem eerbiedig ‘heeroom’. Ik had steeds gezegd dat ik naar het internaat bij hem wilde gaan. Om later ook priester te worden in zijn congregatie. Wat je als kleine jongen, wel erg katholiek opgevoed, al denkt te kunnen beslissen voor de rest van je leven.
Mijn vader verdiende, zoals zoveel laaggeschoolden, met verschillende banen net voldoende geld om zijn gezin te onderhouden. Mijn moeder werkte occasioneel via een uitzendbureau, die in die tijd opkwamen, op diverse kantoren als administratieve kracht.
Het, door een zwangerschap gedwongen, huwelijk van mijn ouders was al een tijdje niet erg rooskleurig. Ondanks overspel van één kant probeerden ze toch hun huwelijk te redden. Maar daags vóór de hiervoor genoemde kerstdagen ging het vreselijk mis. Na een knetterende ruzie verliet mijn moeder het huis. Nu had mijn vader alleen de zorg voor zijn drie kinderen. Daarvan was ik de oudste. Gelukkig voor hem had hij veel broers en zusters. Daar kon hij ons wel onderbrengen. De rest van de lagere school maakte ik dus af toen ik bij een tante in Tilburg woonde. Een vechtscheiding van zeven jaar volgde.
Nu bleek ik plots ook niet meer welkom te zijn op het internaat van mijn ‘heeroom’. Vele jaren later vernam ik dat het niet goed voor zijn reputatie zou zijn geweest om de buitenechtelijk verwekte zoon van zijn bijna gescheiden en met een andere man samenlevende zus in het internaat van zijn orde te laten studeren.
Een rechter besliste dat de drie kinderen bij hun moeder moesten gaan wonen. Maar in de redenaties van mijn moeder vormde ik een probleem. Ik accepteerde haar nieuwe partner niet. Hij was in mijn ogen immers de oorzaak van alle ellende.
De oplossing werd gevonden door mij naar het juvenaat van Mariahof te laten gaan. Dat leek toen voor iedereen de ideale manier om het probleem uit de wereld te helpen. Eind augustus 1962 ging ik daar naartoe. Mijn middelbare schoolopleiding kon beginnen. Ik zou er tot de kerstvakantie 1965 naartoe blijven gaan. Toen ik hoorde dat ik naar een internaat zou gaan, gaf het mij een soort gevoel van opluchting. Weg van de ruzies en de verhalen van wat anderen allemaal hadden gedaan.
De zomervakantie heb ik nog doorgebracht bij mijn neefjes en nichtjes in Tilburg.
(Foto met dank aan Jan Witlox)
Aankomst bij Mariahof
Mijn vader heeft mij weggebracht naar Mariahof. Ik zie hem nog over het weggetje vanaf het gebouw naar de bushalte op de Bredaseweg lopen.
Ik had een koffertje met mijn spullen meegenomen. Dat waren voornamelijk kleren en enkele paren schoenen. Daarnaast een kruisbeeldje dat ik bij mijn plechtige communie van de kerk had gekregen. Ook had ik wat pockets van Karl May over Old Shatterhand en zijn indianenvriend Winnetou. En ook wat stripboekjes van Marvel over superhelden. Deze laatste werden al snel door een broeder geconfisqueerd. Die waren niet geschikt voor mijn opvoeding. Ik heb ze nooit meer teruggezien. Ze zullen wel gerouleerd hebben onder de kloosterlingen.
Samen met mij waren er nog meer nieuwelingen gearriveerd. Alle jongens onder de vijftien jaar sliepen verdeeld over verschillende slaapzalen. In iedere zaal stonden de bedden in twee rijen netjes naast elkaar. Er tussenin stonden kasten waar we onze kleding enzovoort op konden bergen. In het begin was het best wel wennen dat je met zoveel personen in dezelfde ruimte sliep. Al snel was het mij duidelijk dat als je vijftien jaar werd je van de slaapzaal moest. Dan kreeg je een eigen kamertje een verdieping hoger. Op iedere zaal was een rij wastafels waar we ons konden wassen. Een keer per week moesten we douchen.
De kennismaking met de andere studenten verliep vlotjes. Als nieuwelingen hielpen wij elkaar. Ook de wat oudere studenten vertelden ons meer over het leven hier. Maar ook met het vinden van onze weg in het grote gebouw. Vóór het gebouw lag een smalle weg die rond een grasveldje een soort rotonde maakte. De hoofdingang was ongeveer in het midden van de gevel. Je kwam dan in een hal waar verschillende gangen op uitkwamen. Rechtdoor liep je naar de trapjes die toegang gaven tot de kapel. De gang links leidde naar een aantal kamers van de broeders. Er waren ook een paar klaslokalen. Helemaal achteraan was de kamer van de enige priester in de gemeenschap, de rector. Eerst was dat een Kapucijn. Een weldoorvoede en rondborstige man met een lange baard. Hij werd aalmoezenier bij de luchtmacht en werd vervangen door Pater Blasius. Of hij van dezelfde orde was, durf ik niet te zeggen. Voor ons was de gang rechts veel belangrijker. Daar was de refter (eetzaal) met de spoelkeuken. Het eten kwam uit de keuken van Piusoord. Dat was de psychiatrische instelling verderop. Die werd gerund door dezelfde congregatie, de broeders Penitenten.
De recreatiezaal
Voorbij de refter was de recreatiezaal. Daar brachten wij een deel van onze vrije tijd door. Tegen een wand waren kleine kastjes (lockers zouden we nu zeggen) geplaatst. Iedere interne student had een vast kastje voor het opbergen van kleine spulletjes en je studiespullen. In deze zaal konden we o.a. biljarten, tafeltennissen, kaarten, bordspelletjes spelen of naar TV kijken op het podium. De surveillant, broeder Bonaventura, maakte wel uit waar we naar keken. Het nieuws van acht uur was vaste prik. Evenals het actualiteitenprogramma Brandpunt van de KRO. Zo bleven wij wel op de hoogte van wat er in de wereld gebeurde. Om de een of andere reden noemden ze mij al vrij snel "Kennedy" Kennelijk vonden mijn medestudenten dat ik op die toenmalige president leek. Een aantal studenten, waaronder ik, had pianoles. We moesten dagelijks op een vastgesteld tijdstip een half uur oefenen. Toen ik op die bewuste avond in november 1963 weer in de recreatiezaal kwam, zeiden ze mij dat ik was doodgeschoten.
(Foto: privécollectie Michel Verhoeven)
Klik hier voor het hele verhaal
Reactie toevoegen