Voor de verzorging van de kinderen sloot de vereniging een proefcontract met de Zusters van de H. Carolus Borromeus.
De zusters, ook wel bekend als de Zusters onder de Bogen, moesten die overeenkomst in 1901 opzeggen, omdat bleek dat het huis aan de Hooghuisstraat ongeschikt was.
Op 1 november 1901 kregen de Broeders Penitenten het huis in beheer. Maar ook voor hen was het huis zeer ‘ondoelmatig’: in 1902 verhuisden ze al weer - met hun patiënten - naar Huize Padua in Boekel. Het gebouw is in 1925 afgebroken.
Het oude Hooghuis ontstond door verbouwing van de vroegere Graafse Poort, waarin aan de achterzijde nog een deel van een ronde toren was bewaard. Het was een tweelaags herenhuis op een hoog souterrain en had een neoclassicistisch aandoende, symmetrische gevel. Aan de achterzijde van het huis was tegen het torenfragment een grote houten serre gebouwd.
Bron: Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant. Alphen a/d Maas, 2010.
Reactie toevoegen