Na vijftig jaar zwerven vestigden ze zich in 1687 in Meerseldreef, even onder de grens, toen Duits gebied, nu Belgisch.
Twee eeuwen later, in 1887, konden de kapucijnen terugkeren naar Breda. Ze bouwden een nieuw klooster op een deel van de geslechte westelijke wal, de Schorsmolenstraat. Architect was de kapucijn Justinus van Roosendaal (Adrianus van de Wijgaert), die het klooster bouwde met medewerking van de broeders Adrianus en Felix. Ze legden de eerste steen op 8 augustus 1887. De kerk werd geconsacreerd op 6 augustus 1889.
De kloosterkerk, gewijd aan de Heilige Fidelis van Sigmaringen, is een neoromaanse kerk met een neobarok interieur. Het hoofdaltaar is afkomstig uit de Sint Antoniuskerk, de zij-altaren komen uit de oude katholieke kerk aan de Brugstraat. De kloostervleugels vertonen de bij de kapucijnen gebruikelijke sobere baksteenarchitectuur en liggen rond een binnenhof. In de tuin is een Lourdesgrot gebouwd.
Het hele complex van kerk en klooster zijn tot rijksmonument verklaard. De kapucijnen hebben in 2013 hun klooster verlaten, maar de gebouwen zullen behouden blijven.
Bron: Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant. Alphen a/d Maas, 2010.
Reactie toevoegen