De plannen voor de verbouwing van 1922 waren van architect Louis Kooken uit Eindhoven en de Veghelse gemeentearchitect Willem Claeren voerde ze uit. De representatieve functies en de keuken werden ondergebracht in het woonhuis. Loodrecht op het huis kwamen de refter en andere ruimten.
Bij de bouw van de kapel ontstond een U-vormige plattegrond. Alle bijgebouwen moesten plaats maken voor nieuwbouw. Aan de linkerzijde in de tuin kwam de vrijstaande Aloysiusschool. In november 1923 werd het geheel in gebruik genomen. In 1949 bouwde architect Pierre Tooten uit Veghel een nieuwe bakstenen gevel, omdat er veel oorlogsschade was.
De broeders verlieten het huis in 1988. Daarna werd het verkocht aan de Alexianen uit België, die er een nieuwe vestiging in gedachten hadden, waar niets van is gekomen. De gemeente kocht het pand en het kreeg verschillende sociale bestemmingen.
In 1995 restaureerde BAS Architectuur uit Veghel het woonhuis, de gemetselde gevel uit 1949 werd verwijderd en de stucgevel met risalieten en raamomlijstingen met kuiven hersteld. De school en het tussenlid van het klooster werden gesloopt voor een groot aantal woningen. De kapel kreeg een culturele bestemming. Het voorhuis is particulier eigendom.
Van het oorspronkelijke gebouw met gepleisterde gevel zijn het oude huis en de kapel van Kooken bewaard. De stijl van het gebouw is traditioneel en misschien eclectisch te noemen. Het huis is later verlengd. Het heeft drie dakkapellen, die later door de broeders zijn aangebracht. Haaks op het gebouw staat de kapel met een kleine klokkentoren die een piramidevormige spits heeft met een smeedijzeren kruis.
Opvallend zijn de drie grote kastanjes en de eveneens monumentale beuk op de binnenplaats. Vroeger was hier ook een Lourdesgrot.
Reactie toevoegen